De kerk op zondag.


     


Onze bank.
Iedere zondag om 10 uur zaten we met het hele gezin, behalve vader, in de Oosterkerk. En wel op de achterste bank van de zijbankjes. We konden om vijf voor 10 ons huis verlaten en gingen dan achterom, door de zijdeur van de kerk, langs de trap de kerk in. We kwamen dan door de deur die links van de preekstoel was, en gingen dan meteen rechts waar onze bank stond. Het waren gereserveerde plaatsen. Voor ons zaten de dames Koolstra en Prinselaar. Altijd.
Boven ons was de zijgallerij (of moet je gaanderij schrijven? Wij hadden het altijd over de gallerij dus). Ik ben er een paar jaar geleden weer eens geweest. En op die gallerij stonden nu de bierkratten opgestapeld. Het was het honk voor de jeugd geworden. Ook de ruimte onder die gallerij was nu afgeschot. Er zat nu een kleine ruimte achter voor andere doeleinden. Wel raar om te zien. Maar daar zaten wij dus, achter dat schot.

     


Het orgel.
Op de gallerij stond (en staat nog steeds, zag ik) de speeltafel van het orgel. De orgelpijpen waren boven de preekstoel. Daar kon je op een hele slinkse manier bij komen. Dan moest je boven in de kerkraadskamer door een deur, je door allerlei bochten heen dringen en dan kwam je bij de achterkant van het orgel uit. Dit was voor de orgelstemmers dus. Ik vond het altijd leuk om op het orgel te spelen, want met weinig moeite kwam er heel veel geluid uit. En vooral toen ik op pianoles zat, kon ik al een paar wijsjes spelen. En op zo'n orgel klonk dat toch veel mooier, vond ik. Veel indrukwekkender. Maar we mochten jammer genoeg niet op het orgel spelen, want dan ging het stuk. Ik snapte dat niet natuurlijk, want wat kon er nou stuk aan gaan. Maar toen ik een keer speelde, kwamen mijn ouders thuis en holde ik van het orgel af. Ik heb toen vergeten de knop om te draaien en de sleutel eruit te halen. De volgende ochtend was het orgel doorgebrand en een dure reparatie volgde. Vanaf die dag lag de sleutel van het orgel niet meer bij ons in de keuken voor het grijpen. Jammer jammer!


     


Ik was op 4 juni 2007 even een kijkje gaan nemen in de Fazantlaan en ik had het geluk dat ze toen net de kerk gingen schoonmaken met een ploegje. Ik mocht op mijn gemakje dus een kijkje nemen in het veranderde interieur van de kerk. Het is nu een katholieke kerk.

Ooit zijn er in deze kerk nog provinciale dagen gehouden van de Gereformeerde Vrouwenbond. En omdat mijn moeder toen voorzitter van de provincie Noord-Brabant was en als zodanig ook in het bondsbestuur zat, heeft ze die provinciale dagen dus wel vaak in deze kerk gehouden. Een thuiswedstrijd zogezegd.
Wij als kinderen begrepen niks van wat ze bij die bond allemaal deed. Dat lazen we later pas in de ingebonden jaargangen van 'de Gereformeerde Vrouw'.
En veel later snapte ik het pas echt, toen ik zelf in dat bestuur en de redactie zat. :-)